Het proces tegen N.M uit Baarn
Lelystad, 10 september 2021, 10.00- 14.00
Onder flinke belangstelling van media en twee regenten (Jørgen en Ronald) werd bij de rechtbank in Lelystad de rechtszaak tegen N.M. gehouden, die er van wordt beschuldigd onze Frans Hals te hebben gestolen.
De verdachte heeft naast de Nederlandse ook de Tunesische nationaliteit en is geboren in Parijs. Daar moet hij niet al te lang gewoond hebben, want hij spreekt met een duidelijk Amsterdams accent.
Naast de diefstal uit het Hofje wordt hij verdacht van de diefstal van een Van Gogh in Laren. Bij huiszoeking vond de politie een pistool met scherpe patronen en iets meer dan 10.000 XTC-pillen.
Van de schilderijendiefstallen wist hij naar eigen zeggen niets af en de gevonden pillen en het pistool had hij in bewaring voor een vriend.
Als de rechter hem aan de tand voelt blijft hij hardnekkig beweren van niets te weten. Het zinnetje “ik weet van niets” rolt voortdurend over zijn tong.
De rechter leest zijn omvangrijke strafblad voor en het is opvallend dat hij al eerder veroordeeld is voor de diefstal van een schilderij en een gouden monstrans uit musea.
Het wordt de rechtbank niet duidelijk hoe M. de kost verdient. Zelf zegt hij in auto’s te handelen en daarmee verklaart hij sommige forse bedragen die op zijn rekening gestort zijn. Hij geeft min of meer toe vooral zwart te werken.
Een verklaring voor de aanwezigheid van zijn DNA op de lijst van de Van Gogh en op spanbanden gevonden in Leerdam heeft hij niet. Zijn advocate zal later met een voor ons onaannemelijke verklaring van “aanwaai” DNA komen.
Als de rechter de voor ons zo cruciale vraag “waar zijn de schilderijen ?” antwoordt M:” Zou niet weten, want ik heb er niets mee te maken”.
De reclassering, die vanaf 1985 met hem bezig is, noemt hem onverbeterlijk.
De officier houdt een goed opgebouwd requisitoir waarin ze het belang van de schilderijen voor ons land onderstreept. Ook wijst ze op het feit, dat Van Gogh zich door Frans Hals liet inspireren. Nationaal erfgoed dat aan ons land is onttrokken. Ze citeert uit het rapport over ons schilderij, dat door kunstexperts op verzoek van het regentschap is geschreven. Ze refereert aan de huidige waarde. Jammer, omdat de aanwezige regenten alle gesprekken over de diefstal en de waarde van het schilderij met de pers hebben vermeden.
Op verzoek van de rechtbank legt Jørgen het belang van onze Frans Hals uit en geeft hij een toelichting op het taxatierapport en de reden waarom wij de schade willen verhalen.
Uiteindelijk komt de officier met haar eis van 8 jaar hechtenis, de maximale straf die op kunstroof staat.
Haar suggestie aan ons om het verhalen van de schade via een civiel rechterlijke procedure te regelen, wordt door Jørgen voorlopig afgewezen. Het regentschap wil een uitspraak van de rechtbank.
De advocate acht haar cliënt onschuldig aan de diefstal van de schilderijen. Over de andere delicten zwijgt ze omdat de verdachte heeft toegegeven dat het zijn fout was, dat die spullen – weliswaar in bewaring – in zijn huis werden aangetroffen. Grappig genoeg sprak zij i.t.t. haar cliënt met een duidelijk Rotterdams accent.
Bij zijn laatste woord zei de verdachte de eis van het O.M. (acht jaar hechtenis) belachelijk te vinden.
Het was goed dat ons Hofje bij de rechtszaak vertegenwoordigd was. Het onderstreept het belang dat wij aan het bezit van de Frans Hals hechten en dat we rekenen op een correcte afhandeling.
Uitspraak volgt op 24 september 2021